Volgens Britse onderzoekers zijn hoveniers en tuiniers een belangrijke schakel om sierplanten te signaleren die zich invasief gedragen. Zij komen immers in de particuliere tuin, plekken waar onderzoekers veelal geen toegang hebben.
De handel in sierplanten is wereldwijd de belangrijkste oorzaak van plantinvasies in de natuur. Toch komen onderzoekers maar zelden in particuliere tuinen omdat ze domweg daar geen toegang hebben.
Tweede Kamerlid Rik Grashoff van GroenLinks wil in debat met minister Schouten van Landbouw over een rapport van Natuurmonumenten waaruit te concluderen zou zijn dat verschillende insecten in Nederland snel in aantal afnemen.
„Keer op keer wordt aangetoond hoe slecht het gaat met de Nederlandse biodiversiteit. Ik wil actie van de minister, want als het slecht gaat met de natuur is dat uiteindelijk ook slecht voor ons”, meent Grashoff. Hij neemt Schouten kwalijk dat zij vasthoudt aan het huidige beleid. Dat is in zijn ogen onvoldoende en hij pleit voor een drastische aanscherping van het mest- en gewasbeschermingsbeleid. „We weten al lang dat mest en landbouwgif de boosdoeners zijn. Ik stel vast dat er bij de minister nog stééds geen gevoel van urgentie is.”
Nadat eerder al bleek dat in Duitse natuurgebieden driekwart van de insecten was verdwenen en in Frankrijk eenderde van de insecten-etende vogels, blijkt uit onderzoek van Natuurmonumenten dat het ook in Nederland dramatisch slecht gaat met insecten.
Twee langlopende studies van in totaal acht insectengroepen in natuurgebieden bij Wijster (Drenthe) en in natuurgebied Kaaistoep (Noord-Brabant) zijn uitvoerig geanalyseerd. Wetenschappers concluderen dat in 27 jaar tijd twee derde van onderzochte groepen verdwenen is. Alleen wantsen zijn stabiel gebleven.
In de agrarische sector zijn in 2017 zeven mensen omgekomen bij ongevallen. Dat is een historisch laag aantal, blijkt uit het jaarverslag van Stigas.
Het aantal doden als gevolg van een ongeval is in 2017 voor het eerst onder het tiental gezakt (zie figuur). ‘Laten we hopen dat we over een aantal jaren kunnen zeggen dat in 2017 sprake was van een trendbreuk en dat het een structurele daling is geweest’, meldt Stigas. Het is dus goed mogelijk dat het lage aantal berust op toeval.
Het ziekteverzuim in de agrarische sector is in 2017 voor het eerst sinds lange tijd iets toegenomen. Het percentage bedraagt nu 3,9%; dat was in 2016 nog 3,65%. Dat meldt Stigas.
Met dat percentage steekt de agrarische sector nog steeds gunstig af te opzichte van andere economische sectoren.
Vergrijzing
Als oorzaak voor het toegenomen verzuim noemt Stigas er twee: de vergrijzing en het economisch herstel. Wat betreft de vergrijzing toont Stigas met cijfers aan dat ouderen vaker en langduriger ziek zijn. Vergrijzing van het corps werknemers leidt dus automatisch tot een hoger verzuimpercentage.
Stigas noemt voor de agrarische sector de zorg voor het gezond langer door blijven werken dan ook als een van de voornaamste uitdagingen voor de komende periode. Ook omdat met het economisch herstel er een tekort is aan geschikte krachten en de agrarische sector er dus belang bij heeft dat ook ouderen inzetbaar zijn en blijven.
De sector van de tuinaannemers in Vlaanderen groeit sterk. In 2015 werden er 4.610 tuinaannemers geteld en in 2017 bleek dat aantal toegenomen tot 8.010. Dat blijkt uit cijfers van het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM). Het gaat daarbij zowel om tuinaannemers in hoofdberoep en in bijberoep. Tuinaannemer is in Vlaanderen geen erkend beroep en dus kan iedereen zonder specifiek diploma of opleiding zichzelf aannemer noemen.
