Jubileumeditie De Groene Sector Vakbeurs 2019 al voor 80% volgeboekt

Meer dan 200 exposanten hebben zich op dit moment ingeschreven voor De Groene Sector Vakbeurs 2019. De twintigste editie vindt plaats op 15, 16 en 17 januari 2019 in Hardenberg. Dat betekent dat de beursvloer al voor ruim 80% volgeboekt is. Met name hal 5 en 6 raken snel gevuld. In deze hallen staan de exposanten op het gebied van tuin- en parkmachines. Hier zijn nog slechts zeven stands beschikbaar.

Jubileumeditie De Groene Sector Vakbeurs 2019 al voor 80% volgeboekt

In 2018 was het aanbod voor tuin- en parkmachines op De Groene Sector Vakbeurs gegroeid ten opzichte van voorgaande edities. In 2019 keren alle gevestigde namen weer terug, waarbij Jean Heybroek extra groot gaat uitpakken. Etramo uit België is één van de nieuwkomers op de beurs en Becx Tuinmachines is na een jaar afwezigheid weer aanwezig op De Groene Sector Vakbeurs.

Het Groene Inspiratiepark

In 2019 maakt ook Het Groene Inspiratiepark weer deel uit van de beurs. Dit concept werd voor het eerst gelanceerd in 2017. Tijdens de komende editie zal dit initiatief weer een complete beurshal van duizenden vierkante meters beslaan. Het Groene Inspiratiepark speelt in op duurzaamheid, innovatie en onderscheidend vermogen met een directe vertaalslag naar de dagelijkse praktijk. “We zijn voor Het Groene Inspiratiepark nog op zoek naar nieuwe bedrijven met inspirerende producten die een kijkje geven in de tuin of het park van de toekomst”, zegt Ramon Schlepers, Adviseur van De Groene Sector Vakbeurs.

Jubileumeditie De Groene Sector Vakbeurs 2019

De Groene Sector Vakbeurs viert in 2019 haar twintigste editie. Beursorganisator Easyfairs Evenementenhal zal hier aandacht aan besteden tijdens de vakbeurs. Deze jubileumeditie vindt plaats op 15 tot en 17 januari in Evenementenhal Hardenberg. Jaarlijks komen gemiddeld ruim 17.000 professionals uit de groene sector op het driedaagse evenement af: van hoveniers, boomkwekers en tuin- en landschapsarchitecten tot beslissers binnen de gemeentelijke groenvoorziening. Meer informatie is te vinden op www.groenesector.nl.

Agrarische en groene sector tekent voor nul ongevallen op het werk in 2020

Nul dodelijke ongevallen op het werk in de agrarische en groene sector in 2020. Onder deze stevige ambitie zetten gisteren tien partijen hun handtekening. “Er gebeuren te veel ongevallen in de agrarische en groene sector: de laatste 10 jaar gemiddeld 16 dodelijke ongevallen per jaar. Dit is onacceptabel en moet omlaag, elk ongeval is er één teveel!” stellen LTO Nederland, CUMELA Nederland, Branchevereniging VHG, FNV, CNV Vakmensen, VBNE, Fedecom, Nevedi, Nijhof-Wassink en Stigas. Het initiatief wordt ondersteund door het RIVM en de Inspectie SZW. De ondertekening vond plaats op boerderij De Witte Gravin in Alphen aan den Rijn.

Partijen tekenden ervoor de veiligheid op de agrarische en groene bedrijven te gaan verbeteren door 1. samen te werken; 2. een cultuur in de sector te realiseren waarbij veilig werken voorop staat; 3. ondernemers en werknemers te ondersteunen met advies, voorlichting en tools; 4. samen te werken aan technische oplossingen om de veiligheid te verbeteren; en 5. het melden en leren van (bijna) ongevallen te bevorderen.

Agrarische en groene sector tekent voor nul ongevallen op het werk in 2020

Aandacht voor veilig werken

“Het lijkt zo vanzelfsprekend, veilig werken”, stelt Egbert Roozen, directeur branchevereniging VHG. “Toch is de uitdrukking ‘een ongeluk zit in een klein hoekje’ ook in onze sector niet onbekend. Het is daarom van belang altijd en overal veilig en bewust aan de slag te gaan en elkaar daarop te attenderen.” Branchevereniging VHG blijft aandacht besteden aan veilig werken. “Minimaal eens per maand plaatsen we in onze nieuwsbrief een onderwerp uit de arbocatalogus, informatie over wetgeving of het antwoord op een arbovraag. Ook zal Stigas, in samenwerking met VHG, de vernieuwde risico-inventarisatie en -evaluatie (RIE) breed onder de aandacht van werkgevers brengen. Het streven is dat iedere ondernemer de RIE minimaal eens per jaar update en dit bespreekt in een toolboxmeeting met medewerkers.”

’Door olijfpromotie haalt Nederland juist Xylella binnen’

De boomkwekerijsector reageert furieus op de promotie-actie van Bloemenbureau Holland om olijfbomen tot ’Tuinplant van de maand juli’ te bombarderen.

„Komen ze bij Bloemenbureau Holland van een andere planeet door olijfbomen te gaan promoten bij vakantiegangers?”, vraagt Henk Mauritz (Combinatie Mauritz) zich boos af. „Daarmee wordt gepromoot: neem Xylella mee.”

Mauritz is zo verbolgen over de actie, dat hij zich afvraagt of boomkwekers Bloemenbureau Holland aansprakelijk kunnen stellen „als door deze actie Xylella wordt geïmporteerd. Zijn ze in staat om de honderden miljoenen euro’s aan schade aan kwekers te vergoeden?”

LTO: ’Actie moet onmiddellijk stoppen’

Mezen eten eikenprocessierupsen mét brandharen

16-JUN-2017 – Voor het eerst is vastgesteld dat koolmezen ook eikenprocessierupsen met brandharen eten en niet alleen de jonge rupsen die nog geen brandharen hebben. De koolmezen hebben een manier gevonden om de brandharen voor consumptie te verwijderen. Een extra reden om tuinen en de openbare ruimte optimaal in te richten voor vogels zoals de koolmees.

Twee jaar geleden toonden we al aan dat koolmezen, pimpelmezen en diverse andere vogels zich te goed doen aan jonge eikenprocessierupsen. De jonge rupsen bezitten dan al wel haren maar nog niet de beruchte brandharen. Nu is het ons gelukt om aan te tonen dat mezen ook een bijdrage leveren in de reductie van de eikenprocessierupsen zelfs in een fase waar ze al brandharen hebben. In het bijgevoegde filmpje is te zien hoe een koolmees een eikenprocessierups ont(brand)haart. Eerst pakt ze de eikenprocessierups bij de kop en schudt de rupsen diverse malen. Daarna draait ze de rups om en pakt de rups bij zijn achterlijf en vervolgens slaat ze de rups heen en weer tegen de tak. Door de stress schiet de rups de gevaarlijke brandharen af. Na de behandeling is de eikenprocessierups klaar voor consumptie.

Bon en meer informatie: Nature Today 

Groenkeur hoofdsponsor Vakbeurs Openbare Ruimte

Op dinsdag 5 juni ondertekenden Groenkeur-directeur Dick Oosthoek en Marc de Winter (beursorganisator Expoproof) de sponsorovereenkomst voor de Vakbeurs Openbare Ruimte. Groenkeur wordt hiermee één van de hoofdsponsoren en wil met haar kennis en ervaring de kwaliteit van de vakbeurs op het gebied van groen ondersteunen. De Vakbeurs Openbare Ruimte vindt plaats op 26 en 27 september 2018 in Jaarbeurs Utrecht.

Groenkeur wil met dit sponsorschap de groene ruimte een kwaliteitsimpuls geven. “Zowel de groene binnen- als buitenruimte zijn ‘hot’ op dit moment”, zegt Dick Oosthoek directeur van Groenkeur. “Wij ondersteunen onze deelnemers en opdrachtgevers al 15 jaar bij het neerzetten van kwaliteit bij het aanleggen en beheren van de groene ruimte. Of het nu gaat om maaien, snoeien, groene daken en -gevels, sportvelden, schoolpleinen of binnengroen, opdrachtgevers kunnen voor het hele spectrum terecht bij Groenkeur-ondernemers.”

Thuis in groen

Groenkeur wil het belang van groen ook terug laten komen op de beursvloer door de organisatie en bezoekers te ondersteunen met inhoudelijke bijdragen. Helga van Leur gaat een lezing verzorgen over de effecten van het klimaat, hoe je hierop in kan spelen en welke essentiële plek groen hierin inneemt. Daarnaast is er beide dagen een tour langs exposanten die in een korte pitch bezoekers bijpraten over ontwikkelingen in het groene vakgebied. Groenkeur vindt het belangrijk dat naast groenprofessionals ook de opdrachtgevers thuis zijn in groen. Een omgeving waarin zij zichzelf prettig voelen, maar bovenal waarvoor zij de juiste keuzes kunnen maken om burgers een fijne, gezonde en duurzame leefomgeving te bieden.

Bron: Groenkeur

De Groene Stad is partner in Groene Cirkel Bijenlandschap

Ook in de bebouwde stedelijke omgeving geldt het verhaal van de bloemen en de bijen. De rol van bijen, vooral wilde bijen, bij de jaarlijkse cyclus van bloei, groei en vruchtafzetting – bij het voortbestaan van onze groene omgeving, is van cruciaal belang. Zonder bijen geen groen, ook geen groene stad. Wat lag dan ook meer voor de hand dan de inzet van De Groene Stad in de strijd om behoud en verbetering van de stand van de wilde bijen in Nederland? Want, we hebben het uitgebreid kunnen volgen in de media, het toegenomen gebruik van bepaalde soorten bestrijdingsmiddelen in de landbouw heeft voor een groot aantal insecten, ook wilde bijen, fatale gevolgen gehad. Er moet worden gestreden voor het overleven en de groei van het aantal wilde bijen en de Groene Cirkel Bijenlandschap loopt voorop in die strijd.

Logo groene cirkels
 
Tijdens een succesvolle bijeenkomst van de Groene Cirkel Bijenlandschap bij Heineken in Zoeterwoude, konden de bijenliefhebbers het feit vieren dat, naast onder andere enkele gemeenten, waterleidingbedrijf Dunea en enkele scholen nu ook De Groene Stad is toegetreden tot deze Groene Cirkel Bijenlandschap, door het onderschrijven van de visie van de Groene Cirkel. 
 
Namens De Groene Stad verwoordde Mireille van Velde haar motivatie om aansluiting te zoeken bij het Bijenlandschap: ‘Niet veel mensen weten dat een Groene Stad de beste bijenbiotoop is die je kan hebben. Er is veel meer diversiteit aan soorten dan je vindt in de monoculturen in het buitengebied. Daarom willen bewoners en gemeenten, dus de Groene Stad, zich daarvoor inzetten! 

De Groene Stad stimuleert een meer doordachte inzet van ‘groen’ bij projecten die zich richten op de oplossing van lucht- en waterproblematiek, maar ook op het tegengaan van sociale en maatschappelijke verloedering in stedelijke gebieden. In onze visie kan ‘groen’ een belangrijke bijdrage leveren aan het vitaliseren onze binnensteden en – ruimer gedefinieerd – ook aan stedelijke regio’s. Groen draagt bij aan attractievere, leefbaardere en gezondere steden. Een aantrekkelijke woonomgeving speelt een positieve rol bij de economische ontwikkeling van het stedelijk gebied. Ook liggen er volop kansen om bedrijfsterreinen te vergroenen, wat leidt tot een attractievere, gezondere werkomgeving. Dat alles vergt een vernieuwing in het planologisch denken op lokaal, regionaal en landelijk niveau, mede vanuit een groene dimensie.

Bron: De Groene Stad